Het vrijhandelsverdrag tussen de Europese Unie en Canada wordt toch voorgelegd aan de nationale parlementen in Europa. Dit betekent ook dat er mogelijkheden liggen voor nieuwe referenda.
De Europese Commissie heeft dinsdag besloten dat nationale parlementen mogen meebeslissen over het Canadese handelsverdrag . Het besluit maakt de weg vrij voor eventuele referenda over het zogeheten CETA-verdrag.
Commissievoorzitter Jean-Claude Juncker stelde eerder dat het verdrag juridisch gesproken alleen hoeft te worden beoordeeld door het Europees Parlement.
Veel lidstaten, waaronder Nederland, Duitsland en Frankrijk, vinden echter dat onderdelen van de Comprehensive Economic and Trade Agreement onder de bevoegdheden van de lidstaten vallen. Andere delen van het verdrag zouden al wel voorlopig in werking kunnen treden.
Handelsverdrag EU-Canada
EU-commissaris Cecilia Malmström (Handel) zei dinsdag in het Europees Parlement in Straatsburg te verwachten dat het verdrag snel voorlopig in werking kan treden en riep de lidstaten haast te maken met de ratificatie. “Want dit is een heel goede overeenkomst. De deal is sterk verankerd in de waarden die Europa en Canada delen.”
Minister Lilianne Ploumen (Buitenlandse Handel) noemde het commissiebesluit in een reactie "verstandig''.
In Nederland loopt al een initiatief voor een referendum. Tegenstanders stellen dat CETA de voedselveiligheid ondergraaft en ook het investeringstribunaal dat conflicten over investeringen moet beslechten boezemt weinig vertrouwen in.
Het CETA-verdrag maakt op termijn een einde aan bijna alle importheffingen. Meedingen naar Canadese overheidsopdrachten wordt makkelijker voor Europese bedrijven. De handel tussen Nederland en Canada neemt jaarlijks met 600 miljoen tot 1,2 miljard euro toe, zei Ploumen eerder.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl